Monte Carpegna, het luchtruim van “Il Pirata”
Deze zomer op vakantie geweest in Italië naar camping Perticara in het gelijknamige plaatsje.
Dit ligt in de provincie Marche nabij ’s werelds oudste republiek San Marino en de welbekende badplaats Rimini aan de Adriatische Zee. Als recreatieve wielrenner moest de stalen ros natuurlijk mee. Onze zoon Bram had voor zijn verjaardag in februari een racefiets gekregen en hij zou de vuurdoop ondergaan in het hooggebergte de Apennijnen aldaar. Het hoogtepunt zou de Monte Carpegna worden. Deze 1358 meter hoge col was de vaste trainingsberg van Marco Pantani. Talloze keren beklom hij Monte Carpegna en hij is ervan gaan houden.”…Il Carpegna mi basta!!!” staat er overal op het wegdek. Met de handtekening van Pantani erbij.
Maar voordat we daar aan zouden beginnen zouden er eerst enkele andere routes gefietst worden om te zien “waar we staan”. Bram had totaal 594 km gefietst en mijn teller stond op 1009 km. Bij de receptie van de camping lagen al 6 geprinte routes waarvan ik de drie kortste uitgezocht had.
Op maandag 7 juli hebben we de eerste tocht van 31 km gefietst met daarin 985 hoogte meters. Het eerste begin was daar. Was er al snel achter dat ik Bram het klimmen niet bij hoefde te brengen. Overal gaat hij als een speer naar boven en telkenmale is hij in no time uit het oog verdwenen. Boven aan gekomen heeft hij telkens op mij moeten wachten. 30 jaar ouder en ruim 30 kilo zwaarder had ik wel verwacht dat het hem “makkelijker” zou vergaan dan mij maar met mijn 20 jaar ervaring had ik verwacht dit deels te kunnen compenseren!
Twee dagen later hebben we een tocht gedaan van 36 km met daarin 1105 hoogte meters. Het is hier zwaarder fietsen dan in Frankrijk. De beklimmingen zijn korter, tot circa 10 kilometer, maar wel steiler. Om de camping af te komen moet je al een helling van 800 meter beklimmen met een stijgingspercentage van meer dan 23 %! Bram die telkens met Strava fiets is op deze klim de King of the Mountain!
De derde rit op 12 juli is er een geworden van 65 kilometer. Hierbij werd de plaats San Leo aangedaan. Een prachtig mooie vestingplaats welke in het jaar 301 werd gesticht. Mooie gerestaureerde Assuntakerk uit het jaar 881 en Duomo kathedraal uit 1173. Na een terras bezoek en het bijvullen van de bidons onze tocht voortgezet. Deze zou nog over de Colle Montetiffi en Colle Perticara gaan. Twee cols welke opgenomen zijn in de Nove Colli, een jaarlijks terugkerende tocht door de regio van 205 km.
Op 15 juli hebben we de vierde rit gedaan. Een rondje van 30 kilometer met hierin de beklimming van de Colle Barbotto, ook een klim uit de Nove Colli. Het stijgingspercentage loopt tijdens deze klim op tot 18%. Bram fietst er hier een patente Italiaan af welke hem brommend en grommend groet in zijn voorbij gaan. Het aantal hoogtemeters tijdens deze ronde is 904.
Voor 17 juli had ik een tocht uit gezocht van 58 kilometer. Het aantal hoogtemeters was uiteindelijk 2282 meter. Drie forse klimmen met onder andere de klim naar Ciolo welke als klim wederom deel uit maakt van de Nove Colli. Het ziet er allemaal veelbelovend uit. Ik denk dat we klaar zijn voor de finale!
Op zaterdag 19 juli zou het dan gebeuren. De klim naar de top van de Monte Carpegna. De Monte Carpegna moet je weten is in de historie van het Italiaanse fietsen niet onbekend. In het jaar 1973 werd hier het duel uitgevochten tussen Merckx en Battaglin en in 1974 tussen Fuente, Moser en Merckx. Het is een gemene klim over 6,8 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 9,9%. Er zitten passages bij welke de 20% benaderen. Die hele steile stukken hebben allemaal een naam gekregen zoals Strappa Fuente of de Strappa Merckx. Ook dit jaar was de berg opgenomen in de Giro d’Italia. Bram de Groot eindigde in deze etappe als elfde! De 22 bochten zijn net als bij de Alpe d’Huez genummerd en met enige regelmaat zijn er krantenknipsels van weleer op billboards langs de route te zien. Halverwege de klim, bij het Pantani monument, zit er een slagboom over de weg. Hierna is de route dus autovrij.
Wij ’s morgens om 6.45 uur uit ons slaapzakje gekropen. Wassen ontbijten en wielerpakjes aan. Half acht vertrekken we richting Carpegna. Om daar te komen moeten we over de Passo Cantoniera. Vanuit Pennabili een klim van 10 kilometer, gemiddeld 6,2%. Als ik daarboven aankom, Bram zit al 10 minuten op mij te wachten, komen de meisjes ook net aan met de auto. Mijn vrouw en dochter zijn ons achterna gekomen voor verzorging en om een en ander op beeld vast te leggen. Na de inwendige mens versterkt te hebben rijden we richting het dorp Carpegna van waaruit de klim zal beginnen. Na in het dorp afscheid genomen te hebben van de meisjes beginnen Bram en ik aan de klim. Om bij het officiële startpunt te komen moet er eerst nog een kilometer afgelegd worden. En deze kilometer beloofd niet veel goeds, als de hele weg zo steil is! Bram gaat er al als een haas vandoor. Doordat we redelijk vroeg aan de klim beginnen en de beklimming aan de schaduwzijde van de berg plaats vind is het nu nog niet te warm. Bij het officiële startpunt aangekomen is Bram al in geen velden of wegen meer te bekennen.
Tot bocht drie of vier blijft het voor mijn gevoel erg steil, daarna lijkt het mij makkelijker te vergaan. De bordjes met bochtnummers blijven elkaar vlot opvolgen tot na het passeren van het Pantani monument en de slagboom. Hier heb ik de pech dat er een trekker met aanhanger en kraan de weg blokkeren. De aanhanger wordt door de kraan met hout geladen. Ik moet van mijn fiets af om door de berm hen te kunnen en mogen passeren.
Als ik mijn weg verder wil vervolgen en probeer op te stappen en weg te rijden val ik met fiets en al om daar ik mijn andere voet niet vast aan de pedaal krijg. Knap lullig! De tweede poging slaagt en ik kan weer verder. Weet weer snel in het ritme te komen en arriveer uiteindelijk 16 minuten later dan Bram de top. Na enkele foto’s gemaakt te hebben dalen we weer af richting Carpegna. Wederom over de Passo Cantoniera en dan lang afdalen richting Novafeltria. Van hieruit nog een klim van acht kilometer naar de camping. We waren ondertussen ingehaald door 10 Italianen welke dezelfde klim gingen maken. Ze lagen ondertussen 100 meter voor. Tegen Bram zei ik: “Je weet de weg, pak ze!” Hij heeft ze er alle tien afgefietst! Toppie. Zelf heb ik er drie weten te pakken en was ik in staat hen weg te fietsen. Ik was niet in staat om de andere zeven in te halen. Op de camping via Strava het resultaat bekeken. Vanuit het dorp Carpegna heeft Bram over de Monte Carpegna 41 minuten gedaan en over het officiële deel 36 minuten! Vanuit het dorp had ik 57 minuten nodig om boven te komen. Met dit resultaat was ik zeer tevreden.
Een geweldige afsluiting van een mooie vakantie op een zeer goede camping.
…il Carpegna mi basta !!!